Binnen mijn vakgebied – assetmanagement – lijkt data een steeds belangrijkere rol te gaan spelen. Data moet leiden tot betere besluiten over investeringen en/of vervangingen. Bijvoorbeeld doordat goede data een voorspelling kan doen van het falen van assets binnen een bepaalde periode, kan hierop geanticipeerd worden.
Toch zie ik vandaag nog altijd dezelfde soort problemen als pakweg 25 jaar geleden. Ondanks een enorme hoeveelheid nieuwe data is de betrouwbaarheid van bijvoorbeeld de levering van drinkwater of elektriciteit niet merkbaar beter of slechter geworden. Wel duurder. Spoorwegen hebben heel veel meer data tot hun beschikking, maar dat heeft niet geresulteerd in een betere dienstverlening.
wat voegt data werkelijk toe?
Data kan voor bepaalde toepassingen zeker nuttig zijn, maar uitgezoomd voegt het niet veel toe. We weten – bij benadering – hoeveel mensen er jaarlijks overlijden door honger, maar zijn als mensheid niet in staat honger uit de wereld te helpen. Wrang, want we weten ook hoeveel kilo voedsel er jaarlijks wordt vernietigd. Dichterbij huis, onze instanties weten precies wie de slachtoffers zijn van de toeslagen affaire, maar opgelost is het nog altijd niet. Er is meer dan voldoende data voor handen waaruit blijkt dat er te veel vee huist in de polder. De IPCC rapporten worden door nieuwe data steeds alarmerender en tegelijkertijd wisten oliemaatschappijen al decennia van hun bijdrage aan het veranderende klimaat. Een schat aan data en informatie, we doen er als mensheid weinig of niks mee.
Organisaties worden zo steeds meer spreadsheetorganisaties. Data gevat in modellen om op basis van die ratio besluiten te nemen waar medewerkers de gevolgen van dragen. Door de groeiende invloed van Kunstmatige Intelligentie maken besluitvormers zich nog meer afhankelijk van datamodellen en – systemen. Data geeft een vals gevoel van zekerheid dat besluiten per definitie kloppen terwijl dezelfde data – al dan niet bewust – manipulatief kan zijn gebruikt.
angst
Daar waar besluiten worden over gelaten aan datamodellen heerst de angst voor onjuiste beslissingen. Beslissingen die lijden tot verlies in geld, verlies in aanzien, schaamte, etc.
Data moet leiden tot meer efficiëntie, meer productiviteit en dus meer winst. De driver hieronder is economisch groei. Economische groei is echter eveneens gestoeld op angst. Namelijk een tekort aan groei, winst, dividend, etc.
Data leidt ook tot controledrang. Wie heeft nu werkelijk baat bij een digitaal paspoort waarmee het mogelijk is om privileges van individuen in te trekken? Een paspoort uit angst de controle te verliezen.
Onze maatschappij heeft een verlangen van vooruitgang en groei. Paradoxaal genoeg houdt de bijbehorende angst ons in een lage staat van bewustzijn. Dit fenomeen wordt beschreven door Dr. David R. Hawkins in zijn boek “Power vs Force” waarvan de eerste uitgave verscheen in 1995.
bewustzijn
Hij geeft aan de hand van een schaalverdeling de mate van bewustzijn weer van een individu (een zogenaamd trillingsniveau) en welke emotie daarbij hoort. Hoe hoger op de schaal, hoe meer bewustzijn en hoe hoger de trilling.
De wijze waarop de maatschappij is ingericht en wordt bestuurd kan niet anders dan bijdragen aan het verlagen van het trillingsniveau van het collectief. Hawkins kwam na onderzoek tot de conclusie dat c.a. 85 procent van de mensheid een trillingsniveau heeft lager dan 200 (rode cirkel). Wat niet vreemd is, omdat dit het niveau is wat maatschappelijk is gecreëerd.
Hoopgevend is dat er een tijd lijkt aangebroken waarin meer en meer mensen zich realiseren dat ze binnen deze maatschappij niet meer kunnen bijdragen zoals ze dat graag zouden willen. Er lijkt een hausse aan burn-out patiënten en er zijn (life)-coaches in overvloed. Het trillingsniveau maakt mensen letterlijk ziek. Vanuit deze staat van zijn ontstaat ook de wil om te groeien en om in de eigen kracht te staan. Dat doen wat zin geeft en aansluit bij de waarden van het individu. Met vallen en opstaan het terugnemen van de eigen autonomie.
De schaalverdeling in de figuur kent een logaritmische schaal. Wat inhoud dat een kleine stijging van bewustzijn een onevenredige sterke invloed heeft op de omgeving en anderen. Iemand met een zeer hoog niveau van bewustzijn kan daarmee miljoenen mensen met een lager bewustzijn compenseren. Iedereen met het privilege zich persoonlijke ontwikkeling te kunnen veroorloven heeft daarmee een verantwoordelijkheid het niveau van bewustzijn van de mensheid te verhogen om samen te groeien. Niet economisch, maar spiritueel.
alternatieve afweging
Mensen maken hun persoonlijke afwegingen nauwelijks op basis van data. Ingrijpende beslissingen vinden eerder plaatst op gevoelsniveau dan rationele afwegingen. Drie manieren om persoonlijke besluiten te ondersteunen – zonder wetenschappelijke basis en zonder data:
- Muscle test; zet duim en middelvinger van je rechterkant op elkaar. Neem duim en wijsvinger van je linkerhand en vorm een schakel. Stel je vraag hardop en trek direct daarna je linkerhand weg van de rechter. Blijft de schakel heel, dan is het antwoord bevestigend. Glipt je linkerhand uit de rechter, dan is het antwoord ontkennend.
- Maak voor een vraag twee mogelijke antwoorden en schrijf die op aparte briefjes. Verkreukel ze en gooi ze blind de ruimte in. Pak er één op. Voel je direct een kramp, dan ligt jouw antwoord op de grond. Voel je geen kramp, dan heb je het antwoord in je hand.
- Stel je hulpvraag aan de kosmos. Je mag zelf invullen hoe je dat doet. Laat je vraag los en ga een uur wandelen. In afzondering. Het antwoord dient zich vanzelf aan. Bonus is dat wandelen heel erg goed voor je is.
De vraag is legitiem of de intrinsieke waarden van mensen nog wel is terug te zien in de maatschappij. Mijn gevoel zegt steeds minder. Het is niet verwonderlijk dat steeds meer mensen hun autonomie terugpakken en op die manier bijdragen aan een groeiend bewustzijn van de maatschappij. Systemen piepen, kraken en brokkelen langzaam af. Ondanks alle data!
Data is armoe. Bewustzijn is rijkdom.