In mijn werk als facilitator kom ik veel in aanraking met assetmanagement vraagstukken. Vanuit de facilitatorrol is mijn valkuil heel soms dat ik mij teveel met de inhoud wil bemoeien. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Tenslotte is assetmanagement hetgeen wat mij op diverse manieren het meest bezigt. Door inhoudelijk en/of organisatorisch advies, training of in de rol van projectleider.
USP
De afwisseling met faciliteren is voor mij gewoon heel gaaf én speciaal. Vaak komen dan twee werelden samen in een combinatie die je niet vaak ziet. Misschien is dat wel het Unique Selling Point van LEAM. Bij de meeste klanten kan ik beide werelden combineren.
Welkom
Bij Rijkswaterstaat kom ik ook veel in aanraking met andere onderwerpen waarbij de focus echt ligt op het faciliteren. Bijvoorbeeld in het welkom heten van nieuwe medewerkers. Rijkswaterstaat verwelkomt elk jaar heel veel nieuwe collega’s. Zij geven aan zich welkom te voelen en in een warm bad terechtkomen. Soms is het schakelen binnen zo’n grote organisatie en het valt niet altijd mee direct de juiste weg te vinden.
Om nieuwe medewerkers dat warme bad te geven wordt er veel voor hen georganiseerd. Bijvoorbeeld de introductiedag “Welkom bij RWS.” Tijdens deze intensieve dag maken de medewerkers kennis met elkaar, maar ook met collega’s die al langer bij Rijkswaterstaat werken. Een dag voor hen door hun collega’s. Ze worden op een interactieve manier wegwijs gemaakt in de belangrijkste onderdelen van Rijkswaterstaat. Met spelelementen, diepgaande gesprekken, marktkramen, interviews, film, historie, processen. En natuurlijk wordt ook de innerlijke mens niet vergeten.
Het is fantastisch om te zien hoe dankbaar de deelnemers elke keer weer zijn. De grote glimlach en het plezier dat straalt van het gezicht. En daar doe ik het voor.
Maar zoals gezegd, vaak raak ik ook de inhoudelijke expertise van LEAM.
Inrichtingsvraagstukken
Want Rijkswaterstaat beheert bruggen, tunnels, sluizen, (vaar)wegen, keringen, etc. Dit areaal aan assets heeft te maken met veroudering, slijtage, storingen en calamiteiten. Dit heeft allemaal invloed op de levensduur van deze assets. Rijkswaterstaat probeert zo goed mogelijk grip te krijgen én te houden op het vraagstuk om op het juiste moment tot vervanging, renovatie of minder drastisch, onderhoud over te gaan. Waarbij de overlast voor de omgeving tot een minimum wordt beperkt.
De methode die Rijkswaterstaat hiervoor gebruikt is assetmanagement.
Met een areaal dat over heel Nederland ligt (en het Caribisch gebied) én bovendien zeer intensief wordt gebruikt heeft dat zijn uitdagingen.
Hoe zorgt Rijkswaterstaat ervoor dat de organisatie zo is ingericht dat ze assetmanagement zo slagvaardig mogelijk kan uitvoeren?
Ook dit vraagstuk mocht ik onlangs faciliteren door dit met 100+ deelnemers te toetsen tijdens een energieke en inhoudelijk sterke sessie door Hoofd Ingenieur Directeuren, Directeuren Netwerkmanagement, Districtshoofden, Afdelingshoofden Inhoudelijk deskundigen, enz.
Van dergelijke sessies mag ik het programma ontwerpen (al dan niet samen met anderen) en natuurlijk de dag faciliteren. Soms alleen, soms met een co-facilitator. Zeker bij grote groepen.
Coachen
Als facilitator heb ik soms ook een coachende rol. Zo heb ik dit jaar een team van Rijkswaterstaat begeleid om enerzijds een ontwikkeling als team door te maken om dit team te laten groeien in professionaliteit door betere samenwerking. Anderzijds een groei in de toepassing van assetmanagent. Op meerdere momenten in het jaar maakte het team een stap voorwaarts. Het is super om dit proces te aanschouwen. Ook al gaat het soms niet altijd even makkelijk.
Wat dat aangaat heb ik niet enkel leuk en afwisselend werk, maar zeker ook dankbaar werk. En ook dat is een in al zijn bescheidenheid een Unique Selling Point.
LEF
Voorlopig ben ik nog niet klaar met faciliteren voor Rijkswaterstaat. Namens het consortium JOP (Jonge Honden, Outside Inc. en Public Cinema) blijf ik de komende jaren als facilitator actief bij het LEF Future Centrum. De foto’s in dit artikel zijn ook daar gemaakt.
De klimaattop in Egypte is begonnen en staat vooral in het teken van compensatie voor geleden klimaatschade. Intussen is door het VN Milieuprogramma UNEP al gewaarschuwd dat het huidige klimaatbeleid zal leiden tot een verwachte temperatuurstijging van 2,8°C eind deze eeuw. En dan is er nog een eigenwijze adviseur assetmanagement met een activistische inborst die vindt dat het eerlijke verhaal verteld moet worden. Halverwege deze eeuw is de temperatuur toegenomen tot drie graden! Wen er maar aan.
De terugkerende boodschap dat de mensheid nog steeds in staat is de mondiale temperatuurstijging te beperken tot niet meer dan twee graden blijft hardnekkig, maar levert steeds meer aan geloofwaardigheid in. Er zijn prominenten wereldwijd die – soms met overtuigende analyses – de invloed van de mens op de verandering van het klimaat bagatelliseren of ontkennen. Zelf kan ik ook niet ontkennen, noch aantonen, dat er enorm geprofiteerd wordt door slimme partijen onder het mom van “never waste a good crises.” Of er nu wel of geen door mensen veroorzaakte wereldwijde opwarming plaatsvind, de gevolgen voor de menselijke leefwereld zijn desastreus. Dat besef is slechts bij enkelen tot in de diepste vezels doorgedrongen. Zij vragen aandacht voor de problemen door erover te schrijven, te schreeuwen, actie te voeren op onzichtbare wijze en prominent actievoeren.
Crisis van apathie
De recente acties zoals het gebruik van kunstwerken om de destructie van het klimaat onder de aandacht te brengen lijkt in de publieke opinie vooral te gaan over de vorm. De acties zijn briljant. Minimale schade, maximale impact. Exemplarisch is dat door de vorm te bekritiseren de aandacht voor de klimaatdestructie wordt weggenomen waardoor er meer dan voldoende ruimte ontstaat voor cognitieve dissonantie. En dat is wat er al jaren continu gebeurd. We hebben geen last van een klimaatcrisis, maar een humanitaire crisis. Een crisis van apathie.
Status quo
Landen, financiële instellingen, overheden, inwoners. Ze zijn allen zo verweven door een wederzijdse afhankelijkheid dat ze elkaar gevangenhouden onder het blinde geloof van economische groei. Deze economische groei kan blijkbaar samengaan met een exploderende wereldwijde schuldenlast die nimmer terugbetaald kan worden en een tevens explosief groeiende ongelijkheid. De gewenste omwenteling naar een leefbare wereld zal deze schuldenlast niet verminderen, noch de ongelijkheid verkleinen. Vanuit dat perspectief ben ik niet hoopvol dat de klimaattop dit jaar gaat zorgen dat armere landen – en vaak kwetsbare landen – door de rijkere worden gecompenseerd door de geleden klimaatschade. Let wel, deze landen dragen nagenoeg niets bij aan de verandering van het klimaat. Verwacht daarom een status quo.
Landen doen te weinig. Overheden moeten gidsen, leiding nemen en niet terugdeinzen voor moeilijke besluiten. Maar deze besluiten moeten wel uitlegbaar zijn. Daar hoort een visie onder te liggen. Zonder visie ontstaat er verwarring en een gebrek aan samenhang. Nederland heeft in 2021 gekozen voor de status quo en zit – tenzij het kabinet valt – nog drie jaar opgescheept met de eigen keuze met een minimaal besef van welke destructie op de voordeur klopt.
Mark Lynas
We leven nu al in een wereld die ruim 1°C warmer is dan die van onze grootouders. Hoe ziet de wereld eruit bij 2°C opwarming? Of wanneer we naar de 6°C gaan? In het boek Zes Graden laat Mark Lynas aan de hand van wetenschappelijk onderzoek de verschillende scenario’s zien.
“Ik geloof nu dat bij 3°C de beschaving ernstig in gevaar zal komen, terwijl bij 4°C een wereldwijde maatschappelijke ineenstorting dreigt en het ergste uitsterven op aarde sinds tientallen of zelfs honderden miljoenen jaren. Bij 5°C komen er enorme positieve terugkoppelingen op gang met zulke extreme gevolgen dat het grootste deel van de wereld er biologisch onleefbaar door wordt. Bij 6°C slaat het opwarmingsproces volledig op hol”.
De klimaat risicomatrix is een sterk vereenvoudigde uitwerking, afgeleid van het werk van Mark Lynas wat is gebaseerd op basis van min of meer dezelfde wetenschappelijke literatuur als het 1e deel van het 6e IPCC-rapport.
Matrix
Bij 3°C zijn de gevolgen, in deze matrix, ingeschaald op Ernstig. In een eerder artikel is het gebruik van de matrix én de omgang met onzekerheden uitgelegd. Per maatschappelijke waarde zijn de gevolgen op hoofdlijnen uiteengezet.
GEVOLGEN
Sociale samenhang (betrokkenheid)
Bij 3°C stijging van de globale temperatuur zullen de droge delen van de wereld nog veel droger zijn dan nu. Met extreme temperaturen tot gevolg en een onleefbaar klimaat. Dit zal leiden tot enorme stromen vluchtelingen. Niet 10 miljoen, niet 100 miljoen, maar mogelijk zelfs meer dan 300 miljoen mensen die op de vlucht zijn. De uitdaging van alle landen die nog leefbare gebieden hebben is hoe hier mee om te gaan. Beschavingen zullen onder druk komen te staan. De indeling van de landsgrenzen gaat nergens meer over en zullen vervagen.
Innovatie (kwaliteit leefomgeving)
Door de stijging van de temperatuur zijn natte delen van de wereld nog natter en droge gebieden droger. Het mediterrane gebied zal verwoestijnen en wordt onleefbaar. De mensen die vluchten komen ook uit gebieden waarvan je dat nu niet zou verwachten. Het landoppervlak op aarde zal voor meer dan 50% verdrogen. Dit zijn gebieden waar geen bomen of andere vegetatie kan worden aangeplant. De extreme hitte die periodiek zal voorkomen treft 2 – 6 miljard mensen. Ofwel meer dan 80% van de wereldbevolking.
Veiligheid (publiek en omgeving)
Een mondiale zeespiegelstijging van 1 – 2 meter is reëel. Voor Nederland is het mogelijk een geluk dat een extreme stijging waarschijnlijk niet direct op de Noordzee van toepassing zal zijn. Toch zal het zeewater via de rivieren tot ver in Nederland optrekken. Het duurt maanden om ondergelopen gebieden dan leeg te pompen. De Noordpool is alweer een decennium ijsvrij. Door de stijging van de zeespiegel, maar ook door de hoeveelheid aan flashfloods die sinds de jaren 20 een normaliteit zijn geworden, staat een leefgebied onder water van 5k – 15k km2. Een gebied vergelijkbaar met Noord- en Zuid-Holland plus Zeeland. Dit zijn dus gebieden waar niet meer gewoond kan worden. Kuststeden staan met enige regelmaat (deels) onder water.
2% van het water op aarde is drinkbaar. Bij 3°C is dat nog maar 1,3%. Orkanen en vuurstormen komen wereldwijd geregeld voor. De uitwerking hiervan is verwoestend.
(Volks)gezondheid (milieu en bedreiging)
3°C opwarming zorgt voor een tekort aan water dat 1 tot 2 miljard mensen treft. Het aantal mensen dat overlijdt als gevolg van overstromingen zal oplopen tot mogelijk 300 miljoen. Bij 3°C zullen veel factoren elkaar versterken (positieve terugkoppeling). Het tempo van verdere opwarming versnelt naar een punt dat de opwarming onomkeerbaar is. De Amazone is niet meer. Ze zal bijna volledig zijn afgestorven. De natuur is niet in staat om zich in zo’n kort tijdsbestek aan te passen aan de veranderende temperatuur. In het natuurlijke proces had ze daar miljoenen jaren de tijd voor.
Welzijn (mens en dier)
In 2050, de periode dat de mondiale temperatuur met 3°C is toegenomen, heeft de wereldbevolking te maken met een groot en structureel voedseltekort. De hongerdood neemt alleen maar toe. Vandaag de dag in 2022 overlijden er dagelijks 24.000 mensen aan honger en er leven 155 miljoen mensen in acute hongersnood.
100 – 300 miljoen mensen zullen geen thuis meer hebben. Voor dieren (de soorten die nog leven) is het leefgebied inmiddels met nog eens meer dan 50% gereduceerd. Het aantal mensen dat als direct gevolg van de hitte overlijdt wordt geschat op 50 – 80 miljoen.
Welvaart (maatschappelijke gevolgkosten)
Als iets met onzekerheid is omgeven is het wel wat het financieel opvangen van de voorgaande gevolgen – voor zover dat überhaupt mogelijk is – kost. Bij 3°C kan de rekening mondiaal oplopen tot 3 Biljoen. € 3.000.000.000.000, -. Per jaar!
Hoe langer er wordt gewacht met het uitvoeren van plannen om de mondiale temperatuur in de hand te houden, hoe hoger de rekening. Deze rekening is een veelvoud van de uitgaven. Voor een assetmanager is dit een no-brainer.
Wen er maar aan
Het zal een wonder zijn als de mensheid is staat is een uitvinding te doen om omgekeerde emissie te realiseren. Wanneer de wereld morgen stopt met CO2 en andere broeikasgassen uitstoten, dan zal de opwarming nog jaren doorgaan en de hoeveelheid broeikasgas zal niet zomaar afnemen. Onze manier van leven is niet houdbaar. We moeten als mensheid over onze eigen schaduw springen. En terugkeren naar het samenleven met de natuur in plaats van ons erboven zetten. Een samenleving zonder natuurlijke samenhang is een samenleving uit balans. Een samenleving die te lang uit balans blijft wordt vanzelf ziek. De Westerse benadering van kapitaal, bezit, individu en macht heeft veel voorspoed gebracht voor velen en net zoveel rampspoed voor anderen. En dit wordt met de huidige aanpak enkel verder versterkt.
Overheden faciliteren ontwikkeling en techniek vanuit economische perspectief. Maar economische groei gaat niet samen met de uitdaging waar de mensheid voor staat. Een globale aanpak is nodig, maar kan worden aangejaagd door nationale voorbeelden. Faciliteer mensen om zelf klimaatbewuste keuzes te kunnen maken.
Doen we dat niet, dan wordt met de dag een vooruitzicht halverwege deze eeuw steeds meer realistisch. Drie graden! Wen er maar aan.
Wist je dat er alweer een zesde deel in de maak is van de SLIM serie? Iedere SLIM heeft een eigen aan assetmanagement gerelateerd onderwerp. Zo is er een SLIM Strategisch Assetmanagement Plan, een SLIM prioriteringsmodel voor risicoprofielen. Ook een SLIM Volwassenheidscan. Een SLIM vertaling voor het toepassen van assetmanagement en een SLIM Plan van Aanpak.
Maar wat maakt de SLIM serie slim? Vooropgesteld, de insteek is vooral pragmatisch. Het toepasbaar maken van assetmanagement. Een SLIM is begrijpelijk geschreven. Zo min mogelijk warrige taal. Een SLIM is aantrekkelijk vormgegeven en bovenal, een SLIM is geen zwaarlijvig document. Een Slim Fit, passend bij de organisatie zelf.
Over Slim gesproken. Een assetmanagement training voor jouw organisatie is ook een Slim Fit. Aansluitend op wat de organisatie nodig heeft en praktisch genoeg om een volgende stap te kunnen maken. Onlangs opnieuw ondervonden door bijvoorbeeld Oasen drinkwater.
Datzelfde geldt voor het houden van risicosessies. Soms is er behoefte om daar snelle stappen in te maken en toch zorgvuldig te zijn in de wijze waarop je dat kan doen. Iets wat Waterschap Rivierenland afgelopen maand mocht ervaren.
Een aanbesteding voor Rijkswaterstaat voor facilitators wordt deze maand gegund. Geen individuele inschrijvingen dit keer, maar enkel organisaties. De wijze waarop FACgenoten dat in korte tijd heeft gerealiseerd is in mijn beleving ook best slim. Spannend dus, maar tegelijkertijd kunnen wij – en doen wij – voor iedere faciliteervraag inmiddels eveneens een Slim Fit facilitator aanbieden aan elke opdrachtgever.
Is het echt allemaal zo slim? Nee hoor, ook LEAM maakt af en toe een (domme) misser. Maar elke misser is wel weer een kans om van te leren. Best slim eigenlijk!