Terradillos de los Templarios

Vannacht nog opgestaan om voor de zekerheid de open geprikte blaar nogmaals te ontsmetten. Het irriteerde namelijk enorm en ik dacht echt dat het begon te zweren. Desondanks toch redelijk geslapen in auberge Sancta Maria in Carrión de los Condes. En vanmorgen nog voor zeven uur onderweg naar Terradillos de los Templarios. Met twee bananen als ontbijt en indien nodig een broodje en een blikje sardientjes in de tas. Ik hoopte dat er iets open zou zijn in het stadje, maar dat bleek valse hoop.

De eerste kilometers waren zwaar. Ik kon niet goed lopen vanwege pijn veroorzaakt door die blaar. Maar na verloop van tijd ging het beter en voelde het wandelen al een stuk natuurlijker. Ondanks het ongemak voelde ik dat ik veel zin had in vandaag. Er was een uitdaging en dat was dat er de eerste 18 km geen mogelijkheid zou zijn om te eten en om een sanitaire stop te maken. Het was ook de dag in het teken van het binnengaan van de “Meseta.” Voor het eerst was ik blij dat het vandaag nog niet zo warm was. Het weer is aan de beterende hand, we hebben veel zon gehad en enkel de temperatuur bleef achter. De Meseta is berucht om zijn uitgestrekte vlakten en zeer hoge temperaturen. Met nauwelijks plek om te schuilen en in het stuk van vandaag het niet kunnen krijgen van drinkwater, kan dit stuk een erg pittige zijn. Hoe dan ook, het is geen 40° en het landschap was prachtig. Ik zag de wind golven blazen over de tarwevelden die op hun beurt leken te dansen en waaruit plots een ooievaar opdook, bezig voedsel te verzamelen. De mooie wilde bloemen langs de kant die me toe wuifden en de weg die in het niets aan de horizon verdween.

Ik heb een flink stuk opgelopen met Raeanne (Canada) en zoals bijna altijd een heel mooi gesprek gehad. Waarover doet er niet zo toe. Wat er op de Camino gebeurd, blijft op de Camino. Na dit lange rechte stuk van 18km kwam ik aan in Calzadilla de la Cueza. Om 10:35 om precies te zijn en hoe fijn is het om dan naar een toilet te kunnen. Tien minuten later zat ik aan de Lasagne. En hoe grappig, iedere pelgrim komt daar langs en dat maakte het een mooie ontmoetingsplaats waar ik ook Sandra (Manchester) na een aantal dagen weer tegen het lijf liep. Leuk feitje is dat deze plek de markering is van een halve Camino. Vandaag dus officieel over de helft van de tocht naar Santiago de Compostella.

Na het verlaatte ontbijt of vervroegde lunch nog 10km verder lopen. Een paar kilometer daarvan alleen totdat ik Winny uit Ierland voorbij liep. We raakten aan de praat en ook met haar heb ik een zeer diep gesprek gevoerd. Het is zo mooi om te zien en horen hoe open mensen kunnen zijn. En het gesprek hielp mij ook door de laatste kilometers heen. Het zijn de kilometers waarbij ik de hielen maar al te goed voel. Ik heb ook niet de illusie dat dit minder gaat worden.

De albergue is heerlijk. Erg ruim en met een heel grote tuin. En met een dag al vandaag een zeer welkom einde van de wandeling. Vanavond met alle hier aanwezige pelgrims eten en afwachten wat de avond gaat brengen. Buen Camino!

Wandelen met Raeanne

Carrión de los Condes

Een matige nacht, wederom, achter de rug in Frómista. Eigenlijk past dat wel bij de albergue van vannacht. Een niet zo’n hartelijke ontvangst en gebrekkig gevoel van welkom en een zeer matig geserveerd ontbijt deze morgen. Een verpakt droog broodje, een verpakt stukje cake en een drinkpakje sinaasappelsap. En koffie of thee. Water kon je buiten zelf pakken. Overigens, een ontbijt is nooit inbegrepen. Hiervoor moet je vooraf gewoon betalen. Tegelijkertijd geldt ook dat hoe dichter bij Santiago, hoe minder de albergues en ook de prijzen gaan omhoog. Dit heeft natuurlijk alles te maken met vraag en aanbod.

Het aantal pelgrims neemt de laatste jaren enorm toe. In 1978 werden er bijvoorbeeld slechts 13 pelgrims geteld. Vorig jaar c.a. 280.000. van al deze pelgrims loopt het overgrote deel de Camino Frances (60%) gevolgd door de Camino Portugués (20%). Van alle pelgrims die de Camino Frances lopen start meer dan 40% in Sarria. Dit is de laatste stad die qua afstand recht geeft op een Compostolaat. Vanaf Sarria is het 115km naar Santiago. Vorig jaar begonnen c.a. 33.000 pelgrims hun tocht in Saint Jean Pied de Port. Dit jaar ben ik er daar dus één van. Slechts 15% daarvan legt de tocht tot Santiago ook helemaal af. Van de pelgrims die uitvallen, doet het overgrote deel dat de eerste 10 dagen.

Over het wel en niet uitvallen had ik vandaag een leuk gesprek met de gepensioneerde Patrick uit Ierland. Hij loopt dit jaar zijn zesde Camino. In september gaat hij zijn zevende doen, de route Del Norte. Reden, hij wil voldoende trainen voor de PCT (Pacific Crest Trail). Een route zonder albergues, restaurants, etc., van meer dan 3000km. We hadden het over trainen. En wanneer is dat genoeg?De Camino hoeft niet zwaar te zijn als je voldoende kilometers in de benen hebt. Ik heb zelf ongeveer 300km getraind voordat ik begon aan de Camino. Maar of voldoende trainen ook een goede voorbereiding is? Uiteindelijk moet je het doen met wat de Camino je voorschoteld en dat is elke keer weer anders, aldus deze Irish man. En dat klopt. Ik had nooit verwacht dat de temperatuur de afgelopen periode zo laag zou zijn. De eerste dag naar Ronchevalles is voor iedere pelgrim die dezelfde dag over de berg is gewandeld een verschrikking geweest. In Nederland is het vrij ingewikkeld je voor te bereiden op een wandeltocht van 27km waarvan je er 20 aan het klimmen bent. Wat dat doet met het lijf is per persoon anders. Omstandigheden van bittere kou, storm, harde regen, hagel, onweer en bliksem kan je doorgaans niet op trainen. Als je thuis traint zorg je ook voor goede voeding. Dat is tijdens de Camino een stuk ingewikkelder. En voeding doet heel veel met het lijf. Waar je ook niet voor kunt trainen is het slapen op een grote slaapzaal waar mensen de hele nacht door snurken. Je kan je erop voorbereiden en oordoppen worden je grootste vriend, doch uitslapen is er echt niet bij. De eerste tien dagen bleef ik nagenoeg vrij van kwaaltjes. En als er dan iets optreedt, dan probeer je dat te ontzien met als gevolg dat je op andere plekken kwaaltjes gaat krijgen. Tel je alles bij elkaar op dan laat ook het mentale deel van zich horen tijdens de Camino. Hierdoor kan je jezelf ineens extreem uitgeput voelen en kunnen de emoties het een paar dagen volledig overnemen. Dat is wat je ziet gebeuren, iedere dag weer bij jong en oud, sterk en minder sterk. Is de Camino Frances zwaar wanneer je alles bij elkaar optelt? Dat is heel persoonlijk. Maar als je de film “The Way” hebt gezien, dan geeft dat een romantisch beeld wat heel inspirerend is. En de Camino is voor mij niet romantisch. Maar nog steeds een geweldige reis met mentale en fysieke uitdagingen. En vandaag? Een heerlijke dag en mede dankzij Maureen, Eefke, Clayton en James ben ik nu in Carrión de los Condes. Buen Camino!

Frómista

Het was een heel gezellige avond in de albergue in Castrojeriz tijdens de maaltijd. En na een ietwat matige nacht was het vandaag een koude dag met vooral de laatste kilometers veel regen. Daar had ik al rekening mee gehouden en dus de regenkleding aangetrokken.

Samen met Raeanne (Canada) vertrokken richting Frómista in een rustig tempo. Zij vertelde mij dat het herdenken van de soldaten met klaprozen, waar ik gisteren over schreef, ook een gebruik is in Canada. Gisteravond aan tafel werd vermeld dat er vandaag geklommen moest worden. Wat ik niet wist was dat dit klimmen over een korte afstand was. Gelukkig goed kunnen ontbijten anders had ik waarschijnlijk snel ‘geparkeerd’ gestaan. Het was een klim over slechts 1km maar wel met gemiddeld 12% stijgen. En die voel je. De grote wielerrondes zijn weer begonnen en dan zijn dergelijk percentages geen uitzondering.  Het deed mij wederom beseffen hoe zwaar dat moet zijn. Enfin, ik had voldoende energie en dus kon ik dit klimmen goed verteren. Warm kreeg ik het er wel van. Mede door het verschil in wandelsnelheid heb ik Raeanne niet meer gezien. Flink uitblazen en toen met 18% dalen. Dan hoop je het even gehad te hebben maar helaas. Door de hoeveelheid regen van de afgelopen weken en vandaag waren lange stukken wandelpaden verworden tot modderpaden. Dat loopt niet fijn. De voeten worden vastgezogen, glijden weg en van een normale voetafwikkeling is geen sprake. Ondanks deze ongemakken was de route vandaag wel mooi. En wederom grijs.

Vandaag ben ik een andere provincie binnen gelopen. Provincia de Palencia. Ik denk de komende 10 dagen nog in deze provincie te wandelen. Daarna is het nog ‘slechts’ 155km naar Santiago de Compostella.

Ik kwam Maureen (UK) weer tegen. We hebben samen mooie gesprekken gehad over o.a. de reden van de Camino. Maar vooral over een terugkerend thema bij veel pelgrims. Loslaten en aardig zijn voor jezelf. We hadden ons vergist waar we waren en waar we wat konden eten. Dat kon dus nergens meer binnen een afzienbare tijd en aangezien we beiden wel iets bijhadden hebben we op een droog moment een zijltje neergelegd in het gras en wat gegeten. Ik had wat hamburgerbroodjes en een blikje sardientjes. Smaakte prima! Maureen had een albergue geboekt in een klein stadje voor Frómista en dus heb ik mijn laatste 6km alleen gelopen. Veel regen en ik voelde mij ineens wat somber. Het was fijn met Maureen. Een leuke spontane pensionada die alweer een tijdje in Frankrijk woont.

De albergue in Frómista ging pas om 13:30 open. Ik was er een uur eerder wat de gelegenheid gaf om in een bar nog even een broodje te eten. Doorlopen was voor mij geen optie. Ik voelde mijn voeten net iets te veel. De gebruikelijke routine van douchen en siësta volgden daarna. Ik ben blij met vandaag. Blij en content met mijzelf en dankbaar voor deze Camino en alles en iedereen die daar deel van uitmaken. Dankjewel. Buen Camino!

“Picknick” met Maureen